Bewegend leren (6 leerzame spellen)

 6,99

Ontdek onze bundel van zes leerzame spellen en geef leerlingen de kans om op een speelse en actieve manier te leren en zichzelf te ontwikkelen. Met onze spellen wordt leren leuk en uitdagend voor leerlingen op het basisonderwijs. De spellen verbeteren de reken-, taal- en motorische vaardigheden van leerlingen en kunnen zowel binnen als buiten worden gespeeld. Laat leerlingen hun talenten ontdekken en bestel onze bundel van zes leerzame spellen vandaag nog!

  • 84 breuken kaarten
  • 20 werkwoordspelling kaarten + antwoordenblad
  • 24 woorden spelling beweeg dictee
  • 168 woordkaarten
  • 30 dubbelzinnige kaarten
  • 60 zinnenroof kaarten
Categories: ,

84 breuken kaarten
Leerdoel: Ik kan een heel getal vermenigvuldigen met een breuk.

Het spelverloop:
Vooraan het parcours staat een gelabelde emmer met sommen. Een leerling pakt een som. En rent of springt hiermee over het parcours. Aan het eind van het parcours pakt de leerling een stoepkrijt en maakt de som. Is de soms gemaakt? Dan komt de leerling terug en neemt hij/zij een ander parcours.

 

20 werkwoordspelling kaarten + antwoordenblad
Leerdoel: Ik werkwoorden in de verleden en tegenwoordige tijd vervoegen.

Het spelverloop:
Iedere leerling krijgt een antwoord blad. De leerlingen lopen/rennen over het schoolplein opzoek naar een vraag. Is er een vraag gevonden, dan wordt deze beantwoord. Op elke kaart staat een nummer, het antwoord wordt geschreven bij het overeenkomende nummer.

Er is een antwoordblad beschikbaar.

 

24 woorden spelling beweeg dictee
Leerdoel: Ik kan woorden foutloos spellen.

Het spelverloop:
De leerlingen worden verdeeld in duo’s. Een van de twee bepaald tijdens de activiteit de beweging, dit wisselen de leerlingen steeds af. De leerkracht geeft een start sein, vervolgens rent één van de twee leerlingen naar de dictee-poster, de ander bedenkt een beweging. De leerling komt terug en zegt het woord één keer helemaal hard op. Terwijl de leerlingen de beweging doen (op hun plek), noemen ze om beurten een letter van het dicteewoord. Vervolgens worden de rollen omgewisseld en begint het spel opnieuw.

 

168 woordkaarten
Leerdoel: Ik kan woorden sorteren op categorie. Bakker, jager, hond, lont, nacht, cent en circus.

Het spelverloop:
Er staan verschillende emmers over het plein verspreid. Deze zijn allen voorzien van categorie-labels. Ook staat er bij een start punt een ton met allerlei woorden, die behoren tot de verschillende categorieën.

Individueel: De leerling pakt een woord uit de bak en rent daarmee naar de juiste emmer. Ze stopt het woord in de emmer en schrijft rond de emmer met stoepkrijt een woord uit dezelfde categorie. Vervolgens rent de leerling terug naar de bak en pakt een nieuw woord.

Estafette: De leerlingen gaan achter elkaar in een rij staan. Er zijn nu twee bakken met woorden, voor elke rij één. In de bakken zit een gelijk aantal woorden, uit verschillende categorieën. De eerste leerling pakt een woord en rent er zo snel mogelijk mee naar de emmer van de juiste categorie. Hier schrijft de leerling, met stoepkrijt, een ander woord op uit de zelfde categorie. Vervolgens tikt de leerling een ander aan uit de rij. De rij die als eerst de woorden op heeft, wint de estafette.

 

30 dubbelzinnige kaarten
Leerdoel: Ik kan dubbelzinnig taalgebruik herkennen.

Het spelverloop:
Iedere leerling krijgt één kaart met daarop een dubbelzinnige zin. Samen spreek je een speelveld af, op het schoolplein.

Een leerling tikt een andere leerling. Beiden benoemen ze een reden waardoor de zin van de andere leerling, dubbelzinnig taalgebruik bevat. Hebben ze beide kaarten besproken, dan wisselen ze de kaarten. Vervolgens gaan beide leerlingen proberen een ander te tikken. Het spel begint dan opnieuw.

 

60 zinnenroof kaarten
Leerdoel: Ik kan zinnen ontleden (onderwerp, persoonsvorm, meewerkend en lijdend voorwerp).

Het spelverloop:
Er staan vier gelabelde, lege emmers aan één kant van het speelveld. In het midden staat één tikker (of twee tikkers). De overige leerlingen staan aan de andere kant van het speelveld, waar ook een bak met allerlei zinnen staat.

De leerlingen pakken allemaal een zin uit de bak. Ze bekijken het dikgedrukte woord. Ze proberen te bedenken in welke woordsoorten emmer deze moet. Vervolgens maken ze de oversteek, worden ze getikt dan moeten ze terug en proberen ze het opnieuw. Worden ze niet getikt, dan leggen ze de zin in de juiste emmer. En beginnen dan opnieuw met een andere zin.

 

Let op: Je koopt deze producten als download.
* Niet alle producten staan op de afbeeldingen

Beoordelingen

Er zijn nog geen beoordelingen voor dit lesmateriaal

Be the first to review “Bewegend leren (6 leerzame spellen)”

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *